In de schoenen van Wim
Wim. Wim is een doodgewone naam voor een ongewone man.
Ongewoon in een niet zo al te goede manier. Voordat hij 53 werd, had hij een compleet ander leven.
Een leven dat nauwelijks iemand kende, want hij was verboden het aan iemand te vertellen.
Toen Wim twintig was had hij zich opgegeven voor de AIVD. Daar ging een eindeloos lange procedure
vooraf, maar toen hij eindelijk binnen was, werd hij een van de beste spionnen die ze hadden.
Zijn eerste werk was simpel; luister een paar willekeurige burgers af en kijk wat ze te zeggen hebben.
Al snel kwam hij erachter dat het niet zo willekeurig was als hem was vertelt.
Het was een drugsdealer- een lang gezochte. Maar Wim mocht hier niks mee te maken. Hij was nog te nieuw.
Hij moest daarna nog maanden saaie burgers beluisteren die niks te vertellen hadden, behalve over hun even saaie leven.
Hij was hier al snel klaar mee. Hij wilde méér. Hij kon meer. Waarom hielden ze hem zo laag? Hij was hier voor een rede. Niet voor stomme burgers die geen verschil maakte in de wereld.
Dus, Wim zijnde, beende hij naar de baas zijn kantoor. Zonder enige aankondiging ging hij naar binnen.
Binnen een week had hij een promotie. Blijkbaar helpt het om te laten zijn wat je jezelf waard vindt.
Een jaar later, Wim was bekend als een van de meest gemotiveerde en betrouwbaarste medewerkers… en de meest onaardigste. Als iemand niks gaf om andere mensen hun meningen, was het Wim wel.
Het kon hem absoluut niet schelen wat anderen van hem dachten. Voor hem waren het alleen maar meer nutteloze stemmen die hij moest negeren.
Maar als hij wel iets nuttigs hoorde- iets wat iemand mogelijk kan ruïneren- is het boeiend voor hem.
Zijn interesse hiervoor was getrokken toen hij voor het eerst die drugsdealer had gehoord. Hij kon er niks aan doen, maar een deel van hem hield van de spanning die het gaf.
Dat leidde hem naar alles wat zijn collega’s deden dat niet werd gedaan volgens het boek, te delen met de baas. Dat leidde weer tot een paar ontslagen mensen. En elke keer dat dat gebeurde kon Wim niks anders dan ze grijnzend uitzwaaien.
Dit gedrag viel niet goed bij veel medewerkers. Klacht na klacht kwam binnen over Wim, maar de baas kon er niks aan doen. Wim deed alles perfect.
Totdat hij op een dag, na dertig jaar werken, in de problemen kwam door iets te doen wat niet helemaal de bedoeling was.
Hij had de opdracht gekregen om in een bende undercover te gaan. Hij deed dit goed, totdat de verleiding kwam om de opdracht een stap hoger te nemen.
Hij had de perfecte kans om de bende leider van zijn plaats af te stoten. Hij nam deze kans. Hij werd bende leider. En zonder enige rapportage naar zijn baas, liet hij ze in de val lopen. Hij had de politie van te voren gewaarschuwd.
Ook al had hij alles beter gedaan dan mogelijk, hij had regels overtreden.
Zijn baas wilde hem niet ontslaan, dus zette een vervroegd pensioen in.
Wim. Een gewone naam voor een ongewone man. Te vroeg laten gaan van het beste werk op de wereld.
Niks vergeleken een roddeljournalist zijn voor een paar extra jaartjes voordat hij stopte.
Maar Wim is nooit gestopt met mensen in de gaten houden. Dat zou hij nooit kunnen.